Wacht es effen. Een secondje. Die man daar, ja, die vent. Wie is dat? Wat is z’n naam, zeg je? John Wilmot? De tweede graaf van Rochester? Is dat die man? Is dat de man met wie wij dit moeten doen? Je weet toch wie hij is? Was, veeleer. Nee? Laat ik je even Antonia…